Werken aan huisvesting waar cliënten prettig kunnen verblijven

We hebben in de afgelopen periode de huisvesting nauwkeurig onder de loep genomen. Het strategisch huisvestingsplan dat hieruit voortvloeit, werpt een blik op de toekomst. Tot 2030 is er volop werk aan de winkel. Dat betekent niet dat de huidige huisvesting niet voldoet. Integendeel, de huidige woonlocaties zijn over het algemeen goed op orde, maar het spreekwoord luidt niet voor niets ‘regeren is vooruitzien’. Dat geldt ook voor ons. Door nu al rekening te houden met nieuwe ontwikkelingen en de wensen en verwachtingen van cliënten, maakt de organisatie zich klaar voor de toekomst.

We spreken bestuurders Andrea Klap en Karin Smit over het strategische huisvestingsplan van Gors. Een plan waarmee we tien jaar vooruit kijken en stap voor stap gereed maken voor de huisvestingsvraag van de toekomst. “Dit is echt een strategische planning, waarbij we diverse rekenmodellen hebben gebruikt. Daarin zijn onder andere ook de bevolkingsgroei en de verwachte ontwikkelingen in de zorgzwaartepakketten meegenomen. We hebben op deze manier gekeken hoe onze doelgroep zich ontwikkelt, welke huisvestingsbehoefte we kunnen verwachten en welke opgave daaruit voortvloeit voor Gors”, legt Andrea uit. “Vanzelfsprekend spreken we bij huisvesting steeds over de woonlocaties, maar zeker ook over passende gebouwen voor werken/dagbesteding en behandeling.”

Veranderende doelgroepen
Dat de doelgroep verandert, is nu al zichtbaar, vertelt Karin. “We zien bijvoorbeeld de groep cliënten met complexe problematiek toenemen. Deze groep heeft meer baat bij groepsgericht wonen dan bij zelfstandige appartementen.” Andrea vult aan dat de oudere cliënten ook een doelgroep vormen waarop Gors zich wil richten. “Momenteel hebben we niet genoeg passende huisvesting voor ouderen. Terwijl hun aandeel alleen maar zal toenemen. We willen de oudere cliënten graag bij ons houden en daarvoor de noodzakelijke zorg kunnen bieden.”

Werken met persona’s
Om er zeker van te zijn dat de toekomstige locaties zullen aansluiten bij de wensen van de verschillende doelgroepen is onder andere gewerkt met zogeheten persona’s. Een persona is een omschrijving van een cliënt die model staat voor een bepaalde doelgroep. “We hebben in totaal wel 15 verschillende persona’s uitgewerkt”, vertellen Karin en Andrea. “Iedere persona leidt naar een ander woonprofiel, zoals een studio, appartement of volledig zelfstandig wonen.” Uit deze persona’s komen twee belangrijke uitgangspunten voort, namelijk schaalgrootte en splitsing. “We gaan werken met woonclusters met minstens 32 cliënten. Kleinschaligheid blijft, maar dan binnen een groter geheel”, verduidelijkt Andrea. Een andere belangrijke wijziging zal de splitsing zijn van cliënten met enerzijds een verstandelijke beperking (VG) en anderzijds een lichamelijke beperking (LG). “We constateren dat de huidige gemengde locaties belemmerend werken voor de instroom van mensen met een LG en niet-aangeboren hersenletsel (NAH). Door te splitsen spreken we iedere doelgroep aan.”

Stapsgewijs
Het strategische huisvestingsplan biedt een vergezicht op de komende tien jaar. Vanzelfsprekend is dit geen hard en vastomlijnd plan. Tussentijds bijstellen zal nodig zijn en wie denkt dat het over tien jaar is afgerond, vergist zich. Dit is een continu proces. “Het is belangrijk om in beeld te hebben welke locaties we hebben, welke daarvan voldoen en wat prioriteit heeft om aangepakt te worden. We doen dat in vier fasen”, legt Karin uit. “Fase 0 is de fase waarin we het plan maken. In fase 1 kijken we waar de belangrijkste prioriteiten liggen.” Andrea vertelt dat na het strategisch huisvestingsplan, een uitvoeringsplan volgt en uiteindelijk uitgewerkte businesscases voor de verschillende deelplannen. Natuurlijk hoort daarbij ook een financieel plan, vanwege de noodzakelijke investeringen. “De echte ontwikkelingen starten waarschijnlijk pas in 2022.” Karin benadrukt dat fase 1 nog verder moet worden uitgewerkt. “Een aantal zaken loopt al en wordt nu onder dit plan geschoven. Dat geldt voor wonen op Schouwen-Duiveland en de verhuizing van de dagbesteding in Terneuzen. Het nieuwe gebouw in Terneuzen is naar verwachting in de zomer van 2021 gereed. Voor Schouwen-Duiveland is dit nog niet duidelijk. Het zorgcluster VG op Walcheren is als prioriteit benoemd.”

Groei
Uit alle onderzoeken die nu gedaan zijn, blijkt dat Gors nog flink zal groeien. Zorgen over werkgelegenheid zijn in dat opzicht dus niet nodig, benadrukken Karin en Andrea. “Natuurlijk zal er op sommige plaatsen iets veranderen. Voor medewerkers kan dit betekenen dat locaties sluiten of verhuizen. Ook kan het zijn dat de doelgroep waarmee je werkt, verandert. Dat zal voor sommige collega’s lastig zijn, terwijl anderen hier reikhalzend naar uit kijken. Wij houden hiermee zoveel mogelijk rekening, maar onze belangrijkste inzet is het bieden van woon- en leefruimte waar cliënten prettig kunnen verblijven, nu maar zeker ook in de toekomst.”